10 ongeschreven regels van het amateurvoetbal
In het amateurvoetbal gelden natuurlijk bekende regels, die ook bij het professionele voetbal worden toegepast. Toch zijn er diverse ongeschreven regels te vinden op de amateurvelden. Wij hebben deze hieronder genoteerd en zullen de gemiddelde amateurvoetbal wel bekend in de oren klinken.
1. Draag ‘normale’ kicksen
Je kent ze wel, die voetballers die op van die felgekleurde kicksen rondlopen. Maar denk wel even twee keer na voordat jij deze aanschaft in de winkel. Een ongeschreven regel is namelijk dat spelers met deze opvallende schoenen meer schoppen moeten incasseren. Meegaan met de laatste modetrends is prima, maar niet op de sportvelden.
2. Risico van een panna
Een panna kan behoorlijk vernederend zijn voor de tegenstander. Zo’n mooi balletje door de benen van de speler is leuk, maar een tweede keer kan zo zijn consequenties hebben. Verwacht in dat geval namelijk maar een gruwelijke doodschop en hoogstwaarschijnlijk zal de scheidsrechter er weinig problemen mee hebben.
3. Geen hakjes
Jij speelt een heerlijke thuiswedstrijd en de stand is al 4-0 met nog slechts enkele minuten te gaan. Misschien lijkt het dan wel tijd voor wat frivoliteit, een leuk hakje. Maar deze keuze gaat helemaal mis en de tegenstander kan de bal zo meenemen. Precies, dat is een absolute no go. De trainer flipt, want er konden nog makkelijk meer goals gescoord worden. Blijf gewoon lekker voetballen!
4. Vals vlaggen
Thuiswedstrijden zorgen in het professionele voetbal al voor een groot voordeel, laat staan bij amateurwedstrijden. Het is een ongeschreven regel dat de grensrechter al bij het minste of geringste zijn vlag in de lucht steekt. Want dit voordeel moet toch worden uitgebuit?
5. Lekker blijven staan na verzorging
In elke professionele voetbalcompetitie is er een duidelijke regelgeving omtrent de verzorging van een geblesseerde speler. Hij moet namelijk na de verzorging het spel verlaten en richting de zijlijn lopen. De scheidsrechter geeft aan wanneer de speler het veld weer mag betreden. In het amateurvoetbal kan de voetballer gewoon blijven staan, daar doen ze niet zo moeilijk over.
6. Trainer moet trakteren
Een belangrijke of juist onbelangrijke wedstrijd wordt gewonnen, dat is natuurlijk altijd top. Maar wat is nog beter is, de trainer moet trakteren. Heeft jullie coach hier nog nooit van gehoord, mail hem dan maar dit artikel even door.
7. Windje = Rondje in de kantine
Bah, jij denkt je even rustig te kunnen omkleden in de kleedkamer en de teamgenoot naast jou laat een windje. De geur is ondragelijk en jij kan dit moeilijk verdragen na een heftig voorafgaand avondje in de kroeg. Hiervoor bestaat ook een ongeschreven regel, want deze viespeuk moet nu een rondje bier geven in de kantine.
8. Pak de trekker maar
Sommige teamgenoten zijn gewoon tergend langzaam, zeker met omkleden. Degene die als laatste de kleedkamer zal verlaten kan zich opmaken voor een vervelend klusje. Hij moet namelijk de trekker pakken en ervoor zorgen dat de kleedkamer helemaal droog zal worden achtergelaten.
9. Manager waterzaken
Er is altijd een speler in een elftal die regelmatig op de bank mag gaan plaatsnemen. Dit wilt geen enkele speler en dan mag je ook nog de functie tot manager waterzaken op je nemen. Oftewel, de waterzak beheren. Een lullige taak, maar dat hoort nu eenmaal bij een bankzitter.
10. Lange speler, vaste positie
Lang zijn is een voordeel, maar in het amateurvoetbal misschien wat minder. Een lange speler staat bijna altijd wel in de basis, maar eigenlijk zijn er maar twee posities voorbestemd. Vanwege de lengte staat zo’n speler of in het hart van de verdediging of in de spits. Hoge ballen zullen er sowieso komen!
